Bovenop de rotsen is het Kruitmagazijn, net als de zuil ter ere van Napoleon en het monument van het Legioen van Eer, getuige van de aanwezigheid van het Grote Leger in Boulogne-sur-Mer.
Als laatste militaire overblijfsel van de Grande Armée in Boulogne-sur-Mer kan het Kruitmagazijn van Napoleon niet worden bezocht. Het is echter de moeite waard vanwege de ligging aan zee, het prachtige uitzicht op de Engelse kust (bij helder weer) maar ook vanwege de moderne bouwstijl en het slimme doorluchtingsysteem. Dit stenen gebouw, op het plateau van vuurtoren Tour d’Ordre, is een typisch kruitmagazijn.
12 ton aan kruit!
Tijdens het Kamp van Boulogne werd er door het leger tot wel 12 ton aan buskruit opgeslagen, ofwel: 120 kruitvaten. Een bom op zich, ware het niet dat dankzij de slimme bouw het kruit bijzonder veilig bewaard kon worden voor die tijd. Napoleon had zoveel vertrouwen in het gebouw dat hij slechts tien meter verderop een tijdelijk bouwwerk liet neerzetten om dichtbij het leger te kunnen verblijven: de “Keizersbarak”.
Een strategische plek
Dit houten bouwwerk, tegenover de Engelse kust, diende als commandopost. Het hoorde bij het “rechterkamp”, het strategische centrum van het leger dat Engeland moest binnenvallen. Het bestaan van dit gebouw wordt herdacht met de naam van een nabijgelegen straatje (rue de la Baraque de l’Empereur) en een herdenkingssteen op zijn oorspronkelijke plek, naast het Kruitmagazijn.
Een slim systeem
De muren van het Kruitmagazijn zijn voorzien van luchtdoorlatende schietgaten. Deze gaten zorgden ervoor dat het vocht het buskruit niet onbruikbaar kon maken. Twee ramen tegenover elkaar, met elk een luik, zorgen voor licht binnen. Aan de noordkant staan twee marmeren blokken, waar de bliksemafleider en de vlaggenmast op stonden. De ommuring, het wachthuisje en de geplaveide binnenplaats zijn in 1841 toegevoegd, om het gebouw beter te kunnen beschermen tegen onverwachte aanvallen van zee.